Hunebed van de dag: D45 (Emmerdennen)

Hunebed D45 bij Emmen (Emmerdennen)

Voor het op drie na zuidelijkste hunebed in Nederland, hunebed D45, zijn we weer in Emmen. Dit is echt de hunebeddenhoofdstad van ons land, want je kunt hier twaalf trechterbekergraven zien: beginnend bij D47 en D46 in een oostelijke nieuwbouwwijk, fiets je naar D45 (waarover zo meteen meer), en dan verder naar het drietal D38-D39-D40 op het Emmerveld ten noorden van de stad, waarna je over de grote weg teruggaat naar D41. Hier ga je de es op, heen en weer naar D42, waarna je terugkeert en je weg zuidwaarts vervolgt naar het langgraf D43. Neem dan, even na de grote kruising, de Westenescherstraat en je komt bij het kleine D44, om te eindigen bij D51 en D50. Daarvandaan kun je nog naar de Papeloze Kerk D49, maar je kunt ook naar Emmen terugfietsen, een hotel nemen en de volgende dag naar de dierentuin gaan.

Hunebed D45 is een van de interessantere. Het is om te beginnen flink groot: 18½ meter lang en 4½ meter breed. De kransstenen zijn er nog. Maar het is vooral de plaats die het bijzonder maakt. Hunebedden.nl legt uit:

Hunebed D45 bij Emmen (Emmerdennen)

De architect van D45 heeft het zich bij de keuze van de locatie en de grootte van dit hunebed extra moeilijk gemaakt. Dit steengraf ligt namelijk boven op een flinke heuvel. Denk de oorspronkelijke dekheuvel er overheen en je hebt een kleine berg.

Het is nu wat moeilijk voorstelbaar hoe dominant dit hunebed is geweest, want tegenwoordig is het omgeven door een bos. Stel je een berg voor in een verder leeg heidelandschap en je begrijpt dat je het van heinde en verre kon zien. Zo wist je van wie dit gebied was. Het hunebed als bezitsaanduiding.

Hunebed D45 bij Emmen (Emmerdennen)

Minnekozende paren

Vincent van Vilsteren, oud-conservator van het Drents Museum, stuitte een tijdje geleden in een brief van de Drentse oudheidkundige G.J. Landweer aan het Rijksmuseum van Oudheden, die eigenlijk ging over een archeologische vondst in Tweede Exloërmond, op een vermelding van vandalisme aan het niet veel verderop gelegen hunebed D45.

Bij een bezoek, dat ik de vorige maand aan Emmen bracht, bleek mij dat de reclamewoede zich ook reeds tot de hunebedden uitstrekt. Op drie der steenen van ’t hunebed in de Dennen waren met grote letters in witte verf namen voluit geschilderd waarvan een van een bekend photograaf. Naar ik verder vernam moeten de groote grafkelders in de esch een geliefd rendezvous zijn voor minnekoozende paren. Mocht het soms noodig gevonden worden hierop terug te komen, dan zou ’t mij aangenaam zijn voorlopig mijn naam hierbij niet te noemen om niet in verder conflict met Drentsche autoriteiten te komen. Mijn verhouding tot enkele burgemeesters is reeds min of meer gespannen. Mocht het noodig zijn, dan blijf ik natuurlijk bij mijn bewering.

Dat was 1892. Nog wat ditjes en datjes:

  • Onderzoek is moeilijk geweest. Toen Albert van Giffen het in 1957 probeerde, was de keldervloer al verdwenen.
  • Een jaar of tien geleden is er brand gesticht, maar de schade is teniet gedaan.
  • Over een deuk in een van de stenen ging ooit het verhaal de ronde dat het de vingerdruk was van een reus.

Koning Lodewijk Napoleon zou dit hunebed met paard en al zijn beklommen om te tonen wat een goede ruiter hij was, maar Herman Clerinx meldt in Een paleis voor de doden dat die de anekdote ook circuleert over een monument bij Lage Vuursche.

Meer weten over de Trechterbekercultuur?

  1. Over dit hunebed: Wikipedia, Hunebeddeninfo.nl en Hunebedden.nl
  2. Het Hunebedcentrum in Borger, het Drents Museum in Assen en het Muzeeaquarium in Delfzijl
  3. Wijnand van der Sanden, Gids voor de hunebedden in Drenthe en Groningen (2017)

Google Earth: hier. Bezocht op 22 april 2020, fietsend van Emmen naar Meppel. En dit keer bedank ik ook Job van Schaik, auteur van het leuke boek over Hardloper Huizenga, dat u lezen moet als u in Groningen woont en ook als u niet in Groningen woont.

Deel dit:

7 gedachtes over “Hunebed van de dag: D45 (Emmerdennen)

  1. A. den Teuling

    De eindeloze heidevelden dateren globaal uit de dertiende eeuw na Christus, als voornaamste gevolg van een intensivering van de veeteelt. Het effect van een flinke heuvel in een beboste omgeving zal niet veel anders zijn geweest dan tegenwoordig.

    1. FrankB

      Dit vind ik nou leuk, op een ietwat ironische wijze. Dus noch de Drentse bossen die nu zo geliefd zijn (en terecht), noch de heidevelden die in de 19e eeuw grotendeels verdwenen zijn natuurlijk.

      1. Annelou van Gijn en Leendert Louwe Kooijmans houden het in “Nederland in de prehistorie” inderdaad op bossen op de hoge zandgronden, waarbij wordt opgetekend dat de eerste landbouwers dat bos natuurlijk wegkapten en dat ook uitgestrekte hoogvenen gevormd werden. Bossen met onderbrekingen dus, zeker geen heidegebied en mogelijk dus ook een iets minder indrukwekkende ligging van dit hunebed.

        Het is opvallend dat relatief veel megalieten in Europa niet op de top van een heuvel liggen, maar juist hoog tussen top en dal. Een megaliet is dus meestal vanaf de andere kant van de heuvel niet te zien. Mogelijk diende zo’n megaliet als een soort grondakte, een soort claim op een stuk grond, maar dat is natuurlijk speculatie. In dat geval zou D45 bovenop de heuvel een groter stuk grond claimen dan normaal, maar dat is nòg meer speculatie.

      2. FrankB

        Stonden moet staan zijn. In de 19e eeuw waren die er veel en veel minder. En nee, ik heb nooit beweerd dat er tegenwoordig overal in Drenthe staan. Sterker nog, onlangs schreef ik over het gebied ten noorden van Emmen precies het tegendeel. Dat is een saaie, kale boel.

        1. FrankB

          Bah.

          “waren die bossen er veel en veel minder”
          “….. tegenwoordig over in Drenthe bossen staan”.

Reacties zijn gesloten.